Deel 4 van: De korte maar miraculeuze liefde van Nellie Waldfeucht en Karel Innemee
Natuurlijk
was een probleem nu opgelost. Nu hij weer thuis was en alleen, kon Karel
Innemee zijn nieuwe geliefde de inscriptie in de boom verklaren: daags na hun
eerste afspraak (morgen dus) was hij teruggekeerd naar de boom en had er
-verliefd als hij was – de initialen in gekerfd. Nellie Waldfeucht zou hem even
verliefd maar ook enigszins spottend meedelen dat zij niet had gedacht dat hij
zo romantisch was. Hij zou schaapachtig grijnzen en (eventueel) zijn schouders
ophalen. Wanneer dit vervolg zou plaatsvinden was nog niet duidelijk.
Maar hij
zat natuurlijk wel nog met het probleem van zijn echte naam. Hij vreesde dat
hij zijn droom had waargemaakt, maar zijn liefde onmogelijk. Natuurlijk kon hij
alsnog de waarheid –de hele waarheid – vertellen, maar dat zou een eerste kras
zijn op de glans van hun nieuwe liefde. Hij dacht het letterlijk zo, in die
woorden. Maar als ze zijn leugen al zou accepteren, zelfs vergeven dan zou na
die eerste kras een tweede volgen, en een derde. En later, veel later, zou er
niets over zijn dan een doffe herinnering. En twee mensen die niet eens meer
ongelukkig waren met elkaar. Dat nooit.
De naam
bleef Karel Innemee, hij raakte er al aan gewend. Maar de wereld wist het nog
niet, behalve Nellie Waldfeucht dan. En zij wist het in feite ook niet, zij
meende gewoon dat hij Karel Innemee heette en verder niets.
Hij
bedacht zich opeens dat hij veel te weinig wist over de relatie die Nellie met
M.D. had. Hij had haar naam nooit eerder
gehoord, dus erg close zouden ze waarschijnlijk niet zijn. De namen van M’s
liefdes waren hem bekend en andersom wist M.D. veel van zijn verleden.
Maar nu
ze elkaar via M.D. hadden leren kennen, zou Nellie hem misschien vragen gaan
stellen: Wie is hij? Hoe is hij? Wat is zijn verhaal? Wat zou M. dan doen? Wat
had hij eventueel al verteld in de tijd tussen het feest en de wandeling? Natuurlijk,
vrienden weten over het algemeen minder van elkaar dan vriendinnen, maar toch.
En dan:
hij zou haar nooit kunnen meenemen naar huis, haar voorstellen aan zijn vader,
zijn broer. Het verschil in achternamen zou hij nog kunnen uitleggen: zijn
ouders waren gescheiden, en hij had gekozen voor de naam van zijn moeder. M.D.
wist die naam niet. Dat kon.
Bij de
voornaam werd het moeilijker.
Misschien
zou het beter zijn, zijn naam te verklaren uit een keuze.
Karel
Innemee, K.I.
K.I.
Dat hij
dat niet eerder had gezien. K.I. omgedraaid is IK. Natuurlijk, dat was het. Hij
besloot zijn naam te verklaren uit een soort identiteitscrisis. Dat hij op een
gegeven moment (de scheiding van zijn ouders?) had bedacht dat hij zijn leven
radicaal moest omgooien. De achternaam had hij gekozen omdat het in de regio
een bekende naam was. Een boerse naam, voeten in de klei. Zoiets.
Ook hier
was de voornaam een probleem. Karel. Hij kende maar een Karel en dat was een
nogal droogkloterig figuur dat vrijwilligerswerk deed voor de jongeren uit de
buurt. Hij overwoog Karel de Grote als naamgever, maar dat was overdreven.
Daarbij zou hij dan liever voor de Franse versie hebben gekozen: Charles. Dat
was tenminste een naam. Van Karel Appel had hij nog nooit gehoord.
Karel
Innemee besloot notities te maken. Tot diep in de nacht werkte hij aan zijn
biografie.
de tweede keer is het nog leuker, nummertje 5 is nog onderweg en ik moet wachten en opletten of jouw naam verschijnt en niet verwarren met die van de boom, dan loop ik mis -
BeantwoordenVerwijderen