ach kom
we weten allemaal, zborówsky, dat liefde zelden eeuwig is
en dan nog alleen als ze niet beantwoord wordt
dat weten we, jij ook
dus kom nu van je ladder en verwar de liefde niet
met je onvermogen haar te zien als de sauriërs in de jardin des plantes
let wel
ik ontken het verlangen niet naar meer dan botten
die met ijzerdraadjes op de juiste plaats moeten worden vastgemaakt
ik zeg ook niet dat de pijn die je voelt alleen veroorzaakt wordt
door een lokale stuwing van het bloed
dat je voor haar zo graag zegt te willen geven
ik zeg alleen
dat liefde zelden eeuwig is, zborówsky
al is ze mooi (en lief, ’t is goed, ’t is goed)
nu kom, antoine, ‘t is goed geweest, kom naar beneden nu
ik heb je nodig, belangrijk werk in ’t verschiet
en witte wijn daarna chez édith
Uit: Jardin des Plantes
Geen opmerkingen:
Een reactie posten